top of page
  • Foto van schrijverManon Westerhuis

Drieluik Jenaplan onderwijs | Deel 3: In de praktijk

Drieluik: Jenaplan onderwijs

 

Dit is het derde deel van een drieluik over Jenaplan onderwijs.

In het eerste deel kun je teruglezen hoe de grondlegging van dit vernieuwde onderwijs in elkaar zit.

In het tweede deel ga ik uitgebreid in op de uitgangspunten die de basis voor het Jenaplan zijn.

In dit derde en laatste deel voeg ik nog een aantal praktische onderdelen toe die verbonden zijn aan het Jenaplan onderwijs.

 

Keuzecursus

Een opvallend vak binnen het Jenaplanonderwijs is de keuzecursus.

In het regulier onderwijs wordt dit vak geregeld gebruikt onder de naam: atelier of project.

De keuzecursus wordt in de praktijk het meest gegeven vanaf groep 5, dus betreft de midden- en bovenbouw groepen.

De keuzecursus zegt in de naam al wat en waarom de kinderen gaan doen: ze gaan naar hun eigen keuze naar een cursus. De cursus zorgt ervoor dat kinderen naar eigen leerbehoeften nieuwe vaardigheden (aan)leren die hun verwondering en interesse heeft.

Op mijn Jenaplanschool werd de keuzecursus op vrijdagmiddag uitgevoerd. Verzorgt door de collega’s van de bovenbouw, ouders of professionals.

Keuzecursus onderdelen die erg in trek waren bij de kinderen waren bijvoorbeeld:

·       Koken (en dan zelf recepten voorbereiden en kopen in de supermarkt)

·       Microsoft Office beheren (naast het maken van een presentatie in PowerPoint ook een Word document voor teksten indelen)

·       Instrument leren spelen (gegeven door professionals van de muziekvereniging in de buurt)

·       De tuin in (elke stamgroep heeft een eigen moestuin en daarin werken)

 

De rol van ouders

Het gebeurt steeds meer dat er een Jenaplanschool binnen een stichting of bestuur komt.

Veel Jenaplanscholen zijn echter nog éénpitters en bestaan uit schoolteam en de inzet van ouders.

De rol van ouders is voor de school erg belangrijk. Ze worden gevraagd bij ondersteuning van schoolactiviteiten of keuzecursus. De Ouder Vereniging (OV) heeft een heel prettige rol in de organisatie van thema’s, vieringen en uitjes.

Andersom wordt de ouder ook betrokken en gewaardeerd voor en door de kinderen.

Elke stamgroep, maar ook de hele school, organiseert eenmaal per schooljaar een thema waarbij de ouders als afsluiting worden uitgenodigd deel te nemen en dit te vieren.

De oudergesprekken, kindgesprekken en portfoliogesprekken gaan nauw met elkaar samen. Ouders, kind en stamgroepleider zijn constant met elkaar verbonden om af te stemmen op de leerbehoeften van het kind.


 

 

Rapportfolio

Omdat er weinig met methodes wordt gewerkt, wereld oriëntatie en het stamgroepwerk centraal staat, is een klakkeloos cijferrapport niet altijd een uitkomst binnen Jenaplan.Omdat de kinderen in zekere mate zelf hun leervragen en leerbehoeften uitvoeren, worden zij al vanaf stamgroep 0-1-2 geleerd om werk waar ze trots op zijn uit te lichten en toe te voegen aan hun portfolio.

Er zijn Jenaplanscholen die de kerndoelen aanhouden om op te evalueren en hun rapport daarop baseren. Het rapportfoliogesprek kan tweemaal per jaar daarover plaatsvinden.

Het kind staat centraal en toont met het portfolio zijn of haar vorderingen aan. Vanaf stamgroep 3-4-5 kunnen kinderen geleidelijk aan leren hoe ze tot hun werk zijn gekomen, wat ze daarvan geleerd hebben en wat ze mogelijk de volgende keer zouden willen leren.

In stamgroep 6-7-8 bereiden kinderen het rapportfoliogesprek zelf voor. Dit mag in samenwerking met ouders, die ook hun kijk op het werk kunnen toelichten, maar vooral over en voor zichzelf. Het rapportfolio is eind groep 8 gevuld met het behalen van kerndoelen, themadoelen en persoonlijk werk.

De stamgroepleider ontvangt een kind aan het begin van elk nieuw schooljaar en halverwege. Bij de overstap naar een nieuwe stamgroep leert de nieuwe stamgroepleider het kind en ouders meteen goed kennen en borduren ze voort met wat er de komende periode geleerd mag worden.

Het rapportfolio dat ik heb ontworpen had ook een onderdeel: Portret van het kind.

De stamgroepleider schreef hier voor verschillende basisvakken, maar ook over de uitgangspunten gesprek, spel, werk en viering een stukje voor en over het kind.

Heel persoonlijk en met het oog op groei.

 

Inrichting stamgroep

Het lokaal van een stamgroep moet je zien als een kleine huiskamer.

De indeling van kasten en meubels zijn kindvriendelijk en zo ingericht dat kinderen zelf bij het lesmateriaal kunnen.

Bij elk thema ontstaat er een themamuur/themawand met hoeken waar gewerkt kan worden aan verschillende vaardigheden.

Voor het klassenmanagement is er een duidelijke basisregel: de kring is het vaste punt in de stamgroep.

Daar starten we de dag, volgen we instructie, verlengde instructie, vergaderen, krijgen we cursus en sluiten we de dag af.

Kinderen kunnen een vaste werkplek toegewezen krijgen, dit is per stamgroep verschillend.

Om het principe leerling-gezel-meester in ere te houden, zitten alle kinderen kriskras door elkaar in de groep. Flexibele werkplekken met bijpassend meubilair is daarbij een fijne uitkomst.

Om het huiskamer en familiegevoel reëel te maken, zette ik elk nieuw schooljaar nieuwe planten op de tafels en in de groep, hingen we (soms zelfgemaakte) schilderijen op en lampen voor de huiselijke sfeer.

Het nodigt de kinderen uit zich thuis te voelen en ontspannen te leren binnen de groep.

 

Teksten

Dit stukje ligt ik nog specifiek toe naast het uitgangspunt ‘werk’ in deel twee.

In het Jenaplanonderwijs staat het vak Taal centraal door middel van teksten.

Simpelweg teksten om te lezen, (leren) schrijven, onderzoeken, begrijpend lezen, technisch lezen en vooral binnen het thema wereld oriëntatie waar de groep mee bezig is.

In de teksten kring wordt een tekst besproken of herschreven met de hele groep. Leerdoelen voor spelling of taal (benoemen zelfstandig naamwoord, of verdiepen met een bijvoeglijk naamwoord) kunnen worden verwerkt in een les met tekst.

Kinderen leren teksten schrijven door met elkaar mee te denken in het herschrijven van een zelfgemaakte tekst.

Alleen bij een vrije tekst kunnen kinderen alle kanten op. Vaak wordt een tekst met een bedoeling gebruikt of geschreven.

Teksten worden al door de jongste kinderen uitgewerkt met een tekening. Naarmate het schrijven van teksten beter gaat, kunnen ze worden uitgewerkt op de laptop, op een gekleurd kader worden geplakt en aan de muur worden gehangen.

Kortom: taal en het gebruik van teksten is dagelijkse kost in de stamgroep.

 

Haal de buitenwereld naar binnen

Jenaplan: de verwondering van kinderen in ere houden en hun belevingswereld naar binnen halen.

In de uitvoering van Jenaplan, wereld oriëntatie binnen een thema, wordt de buitenwereld de school in gehaald.

Soms letterlijk omdat er in de wijk een nieuw project loopt waar de kinderen aan mee zullen werken en hier weken mee bezig gaan. Of fictief bedacht met een probleemstelling waar de groep voor in actie moet komen en fictief een presentatie of afsluiting voorbereid als antwoord op de probleemstelling.

Ook bij het gebruik van teksten uit de krant of items op het nieuws wordt de buitenwereld naar binnen gehaald. Door middel van de nieuwskring gaat de aandacht uit naar wat er in de buurt of wereld speelt.

De belevingswereld van alle kinderen kan sterk uiteen lopen. Het prikkelen daarvan ligt ook bij de stamgroepleider in de voorbereiding. De stamgroepleider kan ervoor kiezen om bij een thema rondom natuur een bak met vlinders te verzorgen in de groep. Kinderen ervaren de buitenwereld in school die ze misschien in hun eigen tuin of balkon niet zo snel zullen ervaren.

Maar ook een uitje naar concentratiekamp Amersfoort was voor de bovenbouw een vast uitje rondom het thema Wereldoorlog. Indrukwekkend en voor sommige en uitje om hun buitenwereld te verbreden en hierover te leren (verwonderen).

De buitenwereld de school binnenhalen zou wat mij betreft bij de uitgangspunten horen om het onderwijs zo betekenisvol mogelijk aan te bieden.

 

Het team

Een Jenaplanschool valt of staat met een toegewijd en goed opgeleid team aan stamgroepleiders.

De school sluit zich ook aan bij de Nederlandse Jenaplan Vereniging (NJPV).

Jenaplan scholen kunnen via deze vereniging gebruik maken van elkaar. Bij elkaar op lesbezoek, onderzoeken delen en lesmateriaal met elkaar delen.

Met een goed opgeleid team stamgroepleiders weet en begrijpt iedereen waar hij of zij mee bezig is om het Jenaplan goed uitvoerbaar te maken en met een rode draad door de hele school volgbaar is.

Kinderen die in de onderbouw starten, zijn dan geen vreemde meer als zij de school verlaten en wordt bij elke overdracht goed overgedragen door de stamgroepleider.

Een Jenaplanschool wordt daardoor echt een school waar je als familielid de school weer verlaat.

1 weergave0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Solliciteren in het onderwijs

Je hebt de beslissing gemaakt om het onderwijs in te willen gaan, of je bent al jaren werkzaam binnen het onderwijs en toe aan een andere...

Commentaires


bottom of page